Friends for life

Op NSG Groenewoud maak je makkelijk vrienden. Vraag maar aan Ry-Eza en Cato! Ry-Eza is 16 en zit in 5 vwo. Cato is 17 en doet dit jaar eindexamen havo. Ze werden vrienden aan het begin van de tweede klas, toen Ry-Eza net vanuit Aruba naar Nederland was verhuisd.

Hoe zijn jullie vrienden geworden?
Ry-Eza: ‘Ik kwam in de tweede klas op NSG en was helemaal nieuw. In de eerste week bouwden we met de klas vlotten en deden we workshops. Toen ben ik met Cato en anderen gaan praten.’
Cato: ‘Je ging naast een vriendin van mij zitten. Zo ben je in de groep gekomen.’
Ry-Eza: ‘Het ging vanzelf. Ik voelde me daardoor al snel minder eenzaam en meer betrokken bij de klas. Cato was heel lief en geduldig voor mij.’
Cato: ‘We lijken ook op elkaar. We hebben dezelfde trekjes en herkennen die van elkaar.’
Ry-Eza: ‘Ja, we begrijpen elkaar daardoor heel goed.’
Cato: ‘We delen veel. Dat maakt onze vriendschap sterk.’

Hoe ziet jullie vriendschap er nu uit?
Cato: ‘We zitten in andere klassen, maar we zien elkaar in de pauzes.’
Ry-Eza: ‘We treffen elkaar altijd op een vaste plek in de aula.’
Cato: ‘Dan kletsen we over van alles: hoe de les was, wat er nog komt,  hoe je dag is. Het is nooit stil tussen ons.’
Ry-Eza: ‘We raken nooit uitgepraat.’
Cato: ‘We gaan ook regelmatig samen de stad in.’
Ry-Eza: ‘Het is traditie dat we dan een frietje eten.’

Wat vinden jullie het leukst aan elkaar?
Cato: ‘Ry-Eza is altijd vrolijk, nou ja, meestal! Zij blijft optimistisch. Dat bewonder ik echt in haar.’
Ry-Eza: ‘Cato helpt me ook als ik niet zo vrolijk ben. We begrijpen elkaar daarin.’
Cato: ‘Dat vind ik juist zo bijzonder aan onze vriendschap: we zijn heel gelijk, en kunnen altijd op elkaar rekenen.’
Ry-Eza: ‘Ja, we hebben vaak dezelfde mening. Dat zorgt voor een sterke band.’

Na dit jaar is Cato van school. Wat betekent dat voor jullie?
Cato: ‘Ik ga de pabo doen. Het wordt lastiger om contact te houden als we niet meer op dezelfde school zitten, maar we gaan zéker ons best doen om vrienden te blijven!’
Ry-Eza: ‘Het moet van beide kanten komen, maar omdat we zulke goede vrienden zijn, denk ik niet dat dat een probleem wordt.’

Waar zullen jullie later nog aan terugdenken?
Ry-Eza: ‘We hebben samen in de NSG-musical West Side Story gespeeld. Cato was een Jet en ik een Shark, dat was grappig.’
Cato: ‘Ja, weet je nog die vechtscène, die we in slow motion deden? Dat was echt een hoogtepunt.’
Ry-Eza: ‘Die repetities waren geweldig.’
Cato: ‘Dat gaan we nooit meer vergeten.’