Friends for life

Bente en Coco zijn sinds de brugklas bevriend en zitten nu in de bovenbouw. Ze vertellen over hun vriendschap.

Hoe zijn jullie vrienden geworden in de brugklas?
Bente: ‘We zagen elkaar voor het eerst bij de kennismaking. Samen met nog drie meisjes klikte het meteen.’
Coco: ‘We hebben een week later al met zijn vijven afgesproken buiten school.’
Bente: ‘Vrienden worden ging heel makkelijk. We moesten veel lachen en deden domme dingen. Ik weet nog dat ik van mijn stoel viel.’
Coco: ‘Het feest in de introductieweek hielp ook om iedereen te leren kennen. Nog steeds ken ik mensen op school van dat feest.’

Hoe ziet jullie vriendschap eruit nu jullie in de bovenbouw zitten?
Coco: ‘Met de vriendengroep is het veranderd maar Bente en ik zijn nog steeds goed bevriend. In de pauzes zien we elkaar meestal. Dan zijn we met een grote groep en zitten we in de aula. Beetje kletsen, beetje eten. Dat is gezellig.’
Bente: ‘En we fietsen na school bijna altijd samen naar huis.’
Coco: ‘We halen dan elke week wel een frietje.’
Bente: ‘Echt elke week? Haha, ja, dat klopt eigenlijk wel.’

Wat vinden jullie het leukst aan elkaar?
Bente: ‘Coco is erg grappig. En ze is stiekem heel attent.’
Coco: ‘Bente denkt veel aan anderen en is lief.’

Over een jaar zijn jullie van school, en dan?
Bente: ‘Ik denk dat we vrienden blijven.’
Coco: ‘Ik ook. Maar als de een in Groningen gaat studeren en de ander in Rotterdam dan wordt het lastig om elke week samen een frietje te eten.’
Bente: ‘Toch denk ik dat je vrienden kunt blijven als je elkaar niet veel ziet. Juist met je vrienden van de middelbare school. Die zijn heel belangrijk.’
Coco: ‘Ja, want je ziet elkaar nu iedere dag op school.
Bente: ‘Vriendschap maakt je dag tien keer leuker.’